Zeehondencentrum Pieterburen organiseert mini-symposium over waddenhaai

Het Zeehondencentrum Pieterburen wil zich in de toekomst ook ontfermen over de oprukkende waddenhaai. Vooral de ruwe haai en de gevlekte gladde haai worden steeds vaker aangetroffen in de Waddenzee. Die soorten lijken het relatief ondiepe wad water na jaren langzaam te herontdekken als kraamkamer.

Mini-symposium
Het zeehondencentrum is vrijdag gastheer voor een mini-symposium van natuurorganisatie Save Our Sharks over een langlopend wetenschappelijk onderzoek naar de haaienpopulatie in de Nederlandse kustwateren.

Op het wad brengen garnalenvissers samen met onderzoekers van Hogeschool Van Hall Larenstein in Leeuwarden al een paar jaar in kaart waar de haaiensoorten leven en hoe ze zich rond de kust verplaatsen. Daarbij kan Pieterburen helpen met bijvoorbeeld zijn faciliteiten voor autopsie op dode zeehonden voor onderzoek naar ziekte en afwijkingen, zegt hoofd educatie Sander van Dijk. ,,Wij willen onze kennis heel graag inzetten voor breder wetenschappelijk onderzoek naar de waddenfauna.’’

Vooral in juni en juli vinden vissers haaien in hun netten, zegt de Zoutkamper garnalenvisser Henk Buitjes. Hij werkt met een handvol collega’s op het wad mee aan het onderzoek en doet vandaag verslag. De vissers registreren van alle gevangen haaien het gewicht, lengte en sekse en zetten ze met een merkje weer terug.

De bevindingen van de vissers lijken de groeiende betekenis van het wad als kraamkamer te onderstrepen. ,,We vangen vooral jong spul’’, zegt Buitjes. ,,Als ze wat groter zijn, trekken ze naar de Noordzee en komen wij ze niet meer tegen.’’

Lees het gehele artikel op de bron: DVHN

Of bekijk hier een filmpje op RTVNoord

Foto:De gevlekte gladde of toonhaai (foto) en zijn ‘neefje’ de ruwe haai lijken de Waddenzee te herontdekken als kraamkamer. Foto Archief ANP