Honderd jaar Zuiderzeewet: een feest met een schaduwkant
Flevoland viert deze week de honderdste verjaardag van zijn geboorteakte, de Zuiderzeewet van minister Lely. Maar het is een feest met een schaduwkant. Net als toen worden de visserssteden vergeten.
Vanaf haar jacht de Groene Draeck zal prinses Beatrix ze donderdagmiddag voorbij zien komen: werkschepen en sleepboten, baggerschepen en historische recreatieschepen. De vloot vaart door de Bataviahaven van Lelystad en de opvarenden zullen de prinses een saluut brengen. Dat is het startsein voor drie dagen feest in Flevoland. De provincie viert dat ze een eeuw geleden de tekentafel verliet: op 14 juni 1918 publiceerde het Staatsblad de Wet tot afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee.
Eerder in het voorjaar van 1918 had minister Cornelis Lely van waterstaat de wet al soepeltjes door de Tweede en de Eerste Kamer geloodst. Nadat de Tweede Kamer unaniem had ingestemd met het afdammen van de Zuiderzee en het maken van een nieuwe provincie in het water, ging in de vergaderzaal een hoerageroep op. Alle aanwezige Kamerleden liepen naar de minister om hem te feliciteren met het behaalde succes. En toen hij het Kamergebouw verliet, stond op het Binnenhof een groep Delftse studenten voor Lely, zelf ook een ingenieur uit Delft, te applaudisseren.
Toch was en is het aannemen van de Zuiderzeewet niet overal reden voor feest, zegt Willem van Norel. “De gevolgen van de afsluiting en droogmaking van de voormalige Zuiderzee waren groot in vissersplaatsen als Elburg en Harderwijk.”
Lees het gehele artikel op de bron: Trouw