‘Ontknikken’ als nieuwste trend in de skûtsjewereld, hoever mag innovatie gaan?
Het is een ingreep die bij meerdere skûtsjes wordt toegepast: het ‘ontknikken’. Op dit moment wordt dit uitgevoerd aan het skûtsje van Woudsend Klaas van der Meulen. De skûtsjes van Grou, Leeuwarden en Akkrum zijn het skûtsje al voorgegaan.
Je kunt wel spreken van een trend in de skûtsjewereld. Meerdere skûtsjes laten deze ingreep aan hun skûtsje uitvoeren, met natuurlijk maar één doel: het snelste schip creëren.
In sommige skûtsjes is een ‘knik’ aangebracht. Dat zorgt ervoor dat een skûtsje de vorm van een soort banaan heeft, om het overdreven te zeggen.
Dat skûtsjes werden geknikt, kwam mede omdat ze werden verlengd. Dan zorgt de knik ervoor dat het skûtsje de gebogen lijn (de ‘zeeg’) volgt. Wanneer de kop en kont daardoor hoger op het water komen te liggen, botst de kop niet tegen de golven aan de voorkant en laat de kont het water beter los. Dat betekent minder weerstand, waardoor het schip sneller is.
Het is gunstiger geworden de knik weg te halen. Dat komt doordat de nieuwe formule voor het berekenen van het maximale zeiloppervlak is gekoppeld aan onder andere hoe diep het schip in het water ligt. Door het ontknikken wordt de waterlijn langer en daardoor komt het schip minder diep in het water te liggen.
Zo dus ook het skûtsje Klaas van der Meulen, uit Woudsend. Momenteel wordt aan het skûtsje gewerkt bij Multiship in Harlingen. Halverwege maart hoopt schipper Klaas van der Meulen dat het schip weer te water kan.
Vervolgens kan het skûtsje opnieuw gemeten worden en dan pas zal blijken hoeveel extra vierkante meter de verbouwing daadwerkelijk heeft opgeleverd. Er wordt gehoopt op vijf extra vierkante meter, maar dat blijft nog even spannend.
Het ‘ontknikken’ blijft niet onbesproken in de wereld van het skûtsjesilen. Age Veldboom, oprichter van het Skûtsjemuseum, vindt dat er veel aan de skûtsjes gesleuteld is de afgelopen jaren. Te veel, wat hem betreft.
“De schippers zijn handig in het omzeilen van de regels. Vaak gaat het zo dat de schippers eerst oplossingen bedenken om sneller te kunnen zeilen, waardoor de regelgeving elke keer achterloopt.”
Het mooie en tegelijkertijd het lastige is dat er geen twee skûtsjes gelijk zijn. Dat is een probleem voor een competitie: het is geen eenheidsklasse, maar toch wil je dat ze zo gelijk mogelijk zijn in hun prestatie om de wedstrijd zo eerlijk mogelijk te krijgen.
Volgens Veldboom zou iedere schipper vrij moeten blijven in het bedenken van zulke veranderingen, maar moet er niet te veel aan de skûtsjes worden gedaan.
Om dit te garanderen zouden veranderingen bijvoorbeeld eerst aan het SKS-bestuur voorgelegd kunnen worden. “Om de originaliteit van de skûtsjes te bewaren.”
Als een van de schepen in de competitie een verandering aanbrengt, is het kwaad al geschied, want dan willen de andere skûtsjes ook.
Een overwinning is niet te koop. ingrepen die worden gedaan, kosten ook veel geld. Maar heeft het skûtsje met het meeste geld dan ook de beste kans om hoog te eindigen?
Volgens Veldboom is dat niet aan de orde. “Om te winnen zijn drie factoren van belang. Je moet een snel schip hebben, je moet als team goed kunnen functioneren en de tactiek is belangrijk. Je kunt je overwinning dus niet kopen met alleen een snel schip.”
Van der Meulen vindt dat er slim met geld moet worden omgegaan. “Er moet wel een beetje stabiliteit in komen. Je ziet het bij de Formule 1 ook, een maximaal bedrag dat uitgegeven mag worden is helemaal niet verkeerd.”
Het zou niet alleen om het geld gaan, maar ook om duurzaamheid. Want als je maar blijft innoveren, gaan onderdelen ook maar heel even mee. Volgens Van der Meulen vallen daar afspraken over te maken. “Hierdoor gaan er minder spullen verloren en kost het minder geld.”
Kijken naar de toekomst is voor van der Meulen belangrijk. Dochter Noa zeilt bijvoorbeeld met veel plezier al jaren mee. Als de familielijn zich voortzet, wordt zij wellicht de eerste vrouwelijke SKS-schipper.
Aan ambitie ontbreekt het bij Noa niet. ‘”Ik vind het zeilen erg leuk. Als de traditie doorzet, zou dat zeker kunnen. Dan zou dat heel mooi zijn.”
Lees het artikel van Cristine Kuiper op de site van Omrop Fryslân
Foto © Martin de Jong